Mevrouw Dopper komt helemaal overstuur bij mij op het spreekuur. Ze is aangerand.
Ze snapt er niks van. Helemaal onverwacht greep hij haar ineens bij haar borsten. Ja, het was erg warm, en ja, ze droeg een laag decollette. Maar je verwacht dan toch niet dat iemand die je al jaren kent, met wie je samen dingen doet en deelt, je dan in eens beet pakt. Op de vereniging waar ze al jaren komt, waar mensen in en uit kunnen lopen. Bovendien is deze man een leeftijdgenoot, 60 plus, getrouwd, opa, en hij woont in de straat.
Bij aanranding denken mensen vaak aan een man die uit de bosjes springt en een vrouw van haar fiets trekt en betast, of ergere dingen doet. Maar verreweg de meeste aanrandingen en verkrachtingen worden gedaan door bekenden. Mensen die je vertrouwde. Op een plek waar je je veilig voelde.
Daarom was mevrouw Dopper zo overstuur. Niet alleen omdat er een man aan haar had gezeten. Maar vooral omdat ze de man die aan haar ging zitten, vertrouwde.
Ze is heel veel zekerheden kwijt! Als ik hem niet kan vertrouwen, wie dan wel? En kan ik nog wel naar de vereniging toe? Ben ik wel veilig in de straat? En wat kan ik wel en niet aantrekken?
En hoe moet ik hier mee om gaan? Moet ik naar een psycholoog? Heb ik medicijnen nodig?
Mevrouw Dopper zoekt hulp. Ze heeft het gevoel dat het helemaal niet goed gaat met haar. Maar in feite gaat het wel goed met haar. Haar reactie is eigenlijk heel normaal. De situatie is abnormaal. Maar ze toont een normale reactie in een abnormale situatie.
Wat mevrouw Dopper nodig heeft is niet psychologische diepgraverij. Ook medicijnen zijn niet nodig. Wat zij nodig heeft is iemand die naast haar staat, tijdens de periode dat ze dit verwerkt. Iemand die haar gerust stelt dat ze niet gek aan het worden is, maar dat haar reactie heel normaal is. Iemand die haar helpt het gebeurde een plek te geven. En weer een balans te vinden tussen mensen vertrouwen en voorzichtig zijn.
Dit keer mag ik die iemand zijn.
Iemand helpen. Dat is toch een normale reactie in een abnormale situatie?