In totaal hebben we in deze regio 431 kinderen (en 55 volwassenen) gezien. Het percentage medicatieadviezen was hier nog hoger dan in de regio Birgonj, zo'n 25%. De helft hiervan waren kinderen met wormen. Verder zijn huidinfecties een groot probleem. We zagen ook ontzettend veel slechte gebitten. Wat hier wel meespeelt is dat een paar CDC's net begonnen zijn, en een paar net een nieuwe lichting kinderen hebben. De kinderen hebben dan nog niet kunnen profiteren van het voordeel van in ieder geval 1 voedzame maaltijd per dag en (gezondheids)educatie. Als we alleen maar het wormenprobleem zouden kunnen terugdringen, zouden al een heleboel kinderen erg geholpen zijn. (De wormen verbruiken een deel van het voedsel dat de kinderen eten. De tekorten van de kinderen worden daarmee nog groter.)
Het lokale kantoor (zo zullen we het maar noemen) heeft allerlei werkers in dienst. Allereerst een heleboel "animators" (door ons gekscherend het animatieteam genoemd). De animators begeleiden de self-help-groups en de CLA's (waarover we eerder schreven). Verder zijn hier ook health workers. We hebben begrepen dat ze de dorpen bezoeken, gezondheidsvoorlichting geven, kinderen en mensen uitzoeken die voor het spreekuur uitgenodigd moeten worden. Hier op de compound wordt 2x per maand een spreekuur gehouden door een arts uit Nilphamary, die voor dit spreekuur grotendeels door BNM wordt betaald. Er is ook een "nurse" die wat hoger opgeleid is, en die de spreekuren begeleidt en ook zelf een spreekuurtje doet voor eenvoudige aandoeningen. Verder zijn hier nog twee coordinatoren (die leiding geven aan de eerder genoemden, de mannelijke is onze plaatselijke vertaler), een boekhouder, en de projectmanager (die leiding geeft aan iedereen).
Bij het onderzoeken van de kinderen hier kregen we een heleboel personeel mee: de drie health workers en de nurse moeten ons met de kinderen helpen; een van de coordinatoren spreekt beperkt Engels en vertaalt ons als wij dat nodig hebben; de accountant spreekt nog beperkter Engels en maakt briefjes met naam, leeftijd en evt. problemen van de kinderen (anders kunnen wij het niet lezen, het Bengaals heeft namelijk een ander schrift); en meestal is de tweede coordinator ook in de buurt en is de project manager bij de afronding aanwezig, omdat hij nog weer iets beter Engels spreekt en wij dan de boel samenvatten. Eigenlijk is het veel te veel personeel. Maar het leuke is wel dat de health workers en de nurse nu aardig zicht hebben op hoe ze en kind moeten nakijken en dat ze de veel voorkomende problemen kunnen herkennen en behandelen.
Vandaag had de staf hier een uitje voor ons georganiseerd naar een "historical site". Het was neergezet door een of andere lokale vorst en heette vertaald "blauwe zee". Nou hebben we al twee "historical sites" in de Brigonj regio bezocht, en we waren nog niet erg onder de indruk. Bangladesh onderhoudt zijn monumenten in deze afgelegen gebieden niet zo best. Dus toen we ons uitje aangekondigd kregen, waren onze verwachtingen niet zo hoog gespannen. Bovendien zagen we op tegen een urenlange rit achterop de motor over stoffige wegen. Maar ja, de beleefdheid vereiste dat we dit aanbod aan zouden nemen. Toch maar voorzichtig gepolst hoe laat we weg gingen, hoe ver het was in kilometers, en hoe lang rijden. Ze dachten 20-25 kilometer, en drie kwartier rijden. Met de auto! Met de auto? Ja, met de auto, ze hadden een auto gehuurd. En de health workers en de nurse en de coordinator en de boekhouder gingen ook mee. Groot was onze verbazing ook toen twee van de dames netjes gekleed en opgemaakt op het terrein verschenen, alsof we naar een feestje gingen. Wij liepen in dezelfde stoffige kledij als altijd. Toen de auto het terrein op reed kirden de vrouwelijke health workers van opwinding. We hadden de indruk dat ze nog nooit in een auto hadden gezeten. Als een stelletje bakvissen zaten ze achterin het minibusje te zingen en te klappen, terwijl wij voorthobbelden over de zanderige wegen (en zelfs nog een keer vast kwamen te zitten). De "blauwe zee" bleek een ommuurd terrein met in het midden een groene plas te zijn van zo'n 2.5 km omtrek, waar je om heen kon lopen. Dat hebben we gedaan, en dat was ook het uitje. Van wat die lokale vorst aan gebouwen had neergezet (als hij wat had neergezet) was niks meer over. En we hebben de boekhouder een verhaal laten verzinnen, om een historisch tintje aan de omgeving te geven. (Het echte verhaal van dit terrein kon niemand ons vertellen.) Een mooie, vredige plek. Waarschijnlijk een heel romantische plek bij zonsondergang, of mooi om een paar uur langs de waterkant te zitten lezen. Voor de opgemaakte dames een mooie plek voor fotoshoots met de telefooncamera's van de heren.
Morgen staat er weer een auto voor ons klaar (als het goed is). Dan gaan we richting Ghoraghat. Ons volgende blog komt daar vandaan (als alle verbindingen werken).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten